De fantasywereld in het jeugdboek De krummelingen is ontstaan tijdens een moeilijk periode, toen ik met een hersenschudding in bed lag.
Het idee kwam zomaar bij me op en ik besloot ideeën in te spreken.
Ik maakte een tekening.
Maar zo’n fantasiewereld bestaat in je hoofd, hoe breng je dit over aan de lezer?
Ik koos ervoor om alles niet te gedetailleerd te beschrijven.
Ik vind het zelf ook leuker als een schrijver ruimte voor een interpretatie laat.
Ik geef een voorbeeld wat ik bedoel:
“De blauw geaderde boomstam was getooid met glimmende oranje bladeren in ovale vorm als het afgeplatte sinaasappels waren. De boom verspreidde een zacht gloeiende oranje gloed met onderaan blauwe accenten, dat uitwaaierde over de krummelingen die voorzichtig vol bewondering rondwandelden in het merkwaardig lichtgevende bos.”
“De krummelingen gingen een lichtgevend bos binnen. Alle bomen waren verlicht. Hun kleren waren niet wat je zou verwachten. Geen bruin en groen, maar blauw en oranje.”
Zie je wat ik bedoel?
in de eerste versie beschrijf alles gedetailleerd. In de tweede versie gebruik ik korte zinnen, wat niet enkel de fantasie bevordert, maar ook een sneller ritme heeft. Dat leest vlotter.
Of ik zou kunnen zeggen dat ik een luie schrijver ben, dat kan ook…
Waar moet je aan denken als je een fantasiewereld bouwt?
1. De omgeving
Wat is de omgeving van je verhaal: een eiland, een bos, een stad, een land?
Omdat het een fictieve wereld is, moet je wel een beetje achtergrond meegeven aan je lezer.
Als het een stad is, beschrijf bijv. of het een grote of kleine stad is zonder dat je daarom veel in detail moet gaan.
Denk na over de omgeving.
Zo heb ik beslist dat om door het Woud der Zuchten te gaan, de helden zeven bruggen moesten oversteken. Elke brug moest anders zijn en bood toegang tot een nieuw gedeelte van het Woud.
Inspiratie zoek je door foto’s, tekeningen die je vindt in kranten, tijdschriften, het internet en sociale media.
Dit kan je fantasie prikkelen.
Zo vond ik inspiratie voor de elfenrotsen in het verhaal door deze foto van rotsen in Turkije, Cappadocië, Pasabag.
Niet dat ik er ooit al geweest ben. Gewoon een foto die passeerde op sociale media.
Deze rotsen worden ook wel fairy chimneys genoemd, dus heb ik ze in het verhaal ook in verband gebracht met elfen.
Op deze manier kan je jouw fantasieomgeving bouwen.
2. De personages (dieren en wezens)
Beslis of je gewone mensen in je fantasywereld wilt of dat je enkel fictieve wezens wilt verzinnen.
Als het fictieve wezens zijn, zijn er enkele vragen die je je moet stellen:
hoe zien ze eruit?
welke speciale kenmerken hebben ze?
welke gaven hebben ze?
wat is hun leefwereld?
hoe staan ze t.o.v. andere wezens (wie zijn de vrienden, vijanden, familie, helpers,...)?
wat is hun opdracht in het verhaal, welke rol spelen ze?
Je kan ook teruggrijpen naar bestaande wezens. Zo ben ik inspiratie gaan zoeken in mythologische wezens, bijv. Pegasus of fabelfiguren die in de middeleeuwen populair waren, maar die we nu vergeten zijn, bijv. de faun.
Of je kan zelf een nieuwe figuren of nieuwe volkeren verzinnen. Zo heb ik de krummelingen, rosselinge, petieters en een arachnopus bij elkaar gefantaseerd. Wie dat zijn, kan je lezen in het boek De krummelingen.
Terwijl mythologische wezens, meestal enige herkenning geven, is het nodig dat je een beetje meer moeite doet bij de wezens die volledig uit je fantasie komen.
Ook hiervoor kan je inspiratie vinden door illustraties of foto’s.
Oude tekeningen uit oude verhalen, zoals deze illustratie uit oude sprookjes van de gebroeders Grimm, boden inspiratie voor de creatie van boomnimfen in het verhaal.
Bron: The Marginalian
Via de website Rawpixel kan je veel oude tekeningen en illustraties vinden. Of je bezoekt virtueel de collectie van het Rijksmuseum te Amsterdam of het Metropolitan Museum of Art (MET) om inspiratie op te doen voor je fantasywereld.
Maar tegenwoordig heb zijn fantasybeelden vrij toegankelijk op het internet.
De website Pixabay kan je hierbij helpen.
Bijvoorbeeld voor boomnimfen, sprak ook deze afbeelding tot de inspiratie:
Zo kwamen de boomnimfen tot leven: menselijke figuren in een boom.
3. De magische wereld
In je magische wereld beslis je ook of je jouw personages speciale krachten geeft of niet.Wat niet mogelijk is in de normale wereld, is dat misschien wel in jouw wereld.
Het hoeft echter niet.
Je kan ook een magische wereld bouwen zonder speciale krachten.
Doe je het toch, zijn dit enkele vragen die je je kan stellen:
Wie geef je welke krachten?
Passen deze in je verhaal?
Welk nut hebben deze krachten?
Zijn er regels verbonden aan deze magische krachten?
Kunnen je personages deze krachten ook verliezen?
Hebben ze zelf de krachten of is het door een voorwerp (bijv. toverstaf)?
Worden ze geboren met deze magische krachten of is er een ritueel waardoor ze deze krachten ontvangen?
In het boek De krummelingen zijn er ook wezens met speciale krachten, maar dewelke en wie onthul ik hier niet of een deel van de spanning van het verhaal is weg.
4. Een kaart van je fantasywereld
Ik moet bekennen dat ik hier eerst niet had aan gedacht.
Voor mij was de wereld van de krummelingen en het Woud der zuchten zo evident, dat ik het niet nodig vond om een kaart mee te geven aan de proeflezers die een eerste versie van het boek lazen.
Bericht voor de proeflezers: ik heb nog aan het verhaal zitten schaven, er zijn een aantal stukken geschrapt, maar er is ook meer actie in het verhaal door een aantal nieuwe stukken.
An, een lerares lager onderwijs, merkte op dat een kaart voor de kinderen handig zou zijn.
Dus besloot ik ook een kaart toe te voegen.
Via Fiverr ontdekte ik Chaim Holtjer die mijn manuele kaart met bijhorende uitleg omvormde tot een echte kaart van het Woud der Zuchten.
Alleen speelde de kaart me parten om in het boek te krijgen. Het splitsen van zo’n kaart over twee pagina’s is niet gemakkelijk.
Maar als ik er eventjes over nadacht, vond ik een alternatieve oplossing: het is toch leuker als je de kaart bij je hebt of naast het boek kan leggen als je leest (je mag hem dan alleen niet verliezen, maar schatkaarten verlies je ook niet).
Dus is de kaart nu apart bij het boek gevoegd.
5. Maak een inspiratiebord van je fantasywereld
Het helpt op je fantasyverhaal te schrijven, als je een inspiratiebord hebt waarop illustraties, afbeeldingen, zinnen of woorden staan uit je fantasyverhaal.
Zo duik je er onmiddellijk in als je naar je inspiratiebord kijkt.
Kom je op nieuwe ideeën.
Je kan dit maken door af te printen, zelf te tekenen, collage te maken van uitgeknipte krantenfoto’s of foto’s uit tijdschriften en te hangen op een bord.
Of je kan een digitaal bord maken met een mindmappingtool, zoals bijv. Whimsical of je kan een eigen pagina maken in bijv. Notion met afbeeldingen om je te inspireren.
Met een inspiratiebord word je regelmatig herinnerd aan je fantasywereld en krijg je zin om er verder aan te werken.
Je leeft je dan volledig in.
Zo is de fantasywereld van de krummelingen tot stand gekomen.
Wat is jouw fantasywereld?